Gerbils 101

Huisvesting
Per koppel :
- 100 × 50 cm = 5 000 cm²
- Plus 20–25% per extra dier
- Bodembedekking: ≥ 25 cm (liefst 40 cm)
- Ruimte boven het graafgedeelte (≥ 30 cm)
Gerbils zijn sociale dieren en horen daarom nooit alleen gehouden te worden. Ze kunnen in paartjes of groepen gehouden worden. Let wel : Je kan niet zomaar gerbils bij elkaar plaatsen.

Voeding
Gerbils zijn omnivoren met een sterke voorkeur voor zaden, maar ze hebben een gevarieerd dieet nodig om gezond te blijven.
Basis:
-
Een kwalitatieve, complete gerbilmix met voldoende variatie in zaden, granen, gedroogde groenten en een kleine hoeveelheid dierlijke eiwitten.
-
Vermijd standaard hamstermixen: deze bevatten vaak te veel vet en te weinig geschikte structuur.
Daarnaast:
-
Dagelijks hooi (belangrijk voor spijsvertering en nestbouw, al eten ze het minder dan cavia’s en konijnen).
-
Verse groenten 2–3× per week in kleine hoeveelheden (bv. komkommer, paprika, witlof, broccoli).
-
Dierlijke eiwitbron 1–2× per week (bv. meelwormen – gedroogd of levend).
-
Takjes (zoals wilg, appel, hazelaar) om aan te knagen en tandgroei te reguleren.

Gezondheid & Verzorging
Gerbils zijn van nature stevige, gezonde dieren, maar ze verbergen ongemak heel goed. Dagelijkse observatie is dus belangrijk.
Let op signalen zoals:
-
Afgevallen zijn of ingevallen flanken
-
Kale plekken / schilfers (mijt, schimmel)
-
Oog- of neusuitvloeiing
-
Scheve stand van de tanden
-
Overmatig krabben
-
Lusteloosheid of niet willen graven
Veelvoorkomende problemen:
-
Tandproblemen: door verkeerde voeding of te weinig knaagmateriaal.
-
Staartletsel: nooit aan de staart optillen — de huid kan loslaten (“tail slip”).
-
Hartaandoeningen en ouderdomsproblemen: vooral zichtbaar rond 2,5–3 jaar.
-
Epileptische aanvallen: komen soms voor, vaak genetisch; meestal kort en zonder blijvende schade.
Verzorging:
-
Geen badwater, enkel een zandbad (chinchillazand, geen schelpenzand).
-
Kooi wekelijks gedeeltelijk schoonmaken, maar nooit alles tegelijk vervangen, omdat dit stress kan veroorzaken en gerbils veel vertrouwen halen uit hun eigen geur.

Samenleven & Sociaal Gedrag
Gerbils zijn uitgesproken sociale groepsdieren die in de natuur in uitgebreide familieclans leven. Maar… hun sociale structuur is complex.
Belangrijke regels:
-
Nooit een gerbil alleen houden.
-
Best houden in paartjes:
-
Twee broers
-
Twee zussen
-
Een gecastreerde ram + voedster
-
-
Groepen kan, maar is veel risicovoller (kans op vechten neemt toe met de leeftijd).
Waarom je niet zomaar dieren mag samen zetten:
Gerbils zijn territoriaal en vreemden worden meestal niet geaccepteerd.
Een verkeerde introductie kan ernstig vechten of zelfs dodelijke conflicten veroorzaken.
Introducties moeten dus altijd via een split-cage methode, en enkel door mensen met ervaring. Voor onervaren baasjes is een bestaand, stabiel koppel de veiligste keuze.

Verrijking & Beweging
Gerbils zijn actieve gravers, knagers en ontdekkers. Zonder voldoende uitdaging kunnen ze stress, verveling of stereotype gedrag (zoals bars knagen of heen-en-weer rennen) ontwikkelen.
Onmisbare verrijking:
-
Graaftunnels (kurk, karton, PVC zonder lijmresten)
-
Veilig karton om te versnipperen (wc-rolletjes, dozen)
-
Nestmateriaal (hooi, papiersnippers)
-
Takken om op te klimmen en te knagen
-
Voer verrijken: verstoppen, strooien, zoeken in hooi
-
Loopwiel ≥ 30 cm, gesloten loopvlak
-
Zandbad dat permanent beschikbaar is
Let op met:
-
Plastic (wordt opgegeten → gevaar op verstopping)
-
Te veel open ruimte zonder beschutting
-
Spulletjes die snel beschimmelen als ze onder de bodembedekking verdwijnen